Algemeen

  • Automatisch sparen
  • Oorproblemen
  • Huid en vacht verzorging
  • Overgewicht hond en kat
  • Normaalwaarden hond, kat, knaagdier
  • Op reis met uw huisdier
  • Voedselfabels
  • Warmte tips
  • Dierfysiotherapie
  • Sint en Kerst gevaren
  • Oud en Nieuw
  • Wonden

Automatisch sparen

Automatisch sparen

Hoe werkt het?

U kunt automatisch euro's bij ons sparen door Hill's of Purina voeding te kopen voor uw hond of kat. Het maakt hierbij niet uit of het reguliere voeding is of een speciaal dieetvoer. Van iedere voeding van Hill's of Purina die u bij ons koopt, zetten wij 7.5% (van het ex. btw bedrag) voor u apart. Zodra dit bedrag €25,- of meer is kunt u dit verzilveren. Wij zien dit wanneer u afrekent en zullen dit met u overleggen. U hoeft er niets voor te doen en er zijn geen kosten aan verbonden.

Voorwaarden

  • Het tegoed kan niet worden ingewisseld voor contanten of voor derden worden gebruikt. 
  • Het tegoed is 5 jaar geldig. 
  • Het tegoed mag worden ingezet op alle facturen binnen de praktijk, dit hoeft dus geen voer te betreffen.
  • Tegoeden kunnen vanaf €25,- worden ingezet. U hoeft niet het volledige tegoed te gebruiken.

 

Oorproblemen

Oorproblemen

Veel eigenaren kennen het probleem van een dier met oorproblemen: klapperen, krabben, pijn, jeuk en/of stank bij de oren. Veelal kan een reiniger of zalf de problemen oplossen, maar komen ze vroeg of laat weer terug. Wat is de juiste manier om oorproblemen aan te pakken en wat kunnen we er aan doen om ze te voorkómen?

=

Onderzoeken van het oor

Bij oorproblemen doen we eerst een klinisch onderzoek en beoordelen het hele oor: De oorflap, de ingang van de gehoorgang, de diepere gehoorgang en zo mogelijk het trommelvlies. Is er pijn, roodheid, zwelling? Is er (een teveel aan) oorsmeer, vocht, pus of bloed aanwezig? Is er iets te zien wat er niet thuishoort, zoals parasieten, een grasaar of een poliep? Vervolgens kunnen we een swab afnemen voor verder onderzoek. Een uitstrijkje van de swab kunnen we microscopisch onderzoeken op parasieten, ontstekingscellen, gisten en bacteriën. Bij het zien van bacteriën kunnen we adviseren om een bacteriologisch onderzoek in te zetten. Hierbij kweken we de veroorzakende bacterie en onderzoeken we voor welk antibioticum deze gevoelig is. Aan de hand van deze bevindingen maken we een plan voor het oplossen van het probleem. De bedoeling is om het probleem zo gericht mogelijk aan te pakken en chronische oorinfecties in de toekomst te voorkómen. Gezien de resistentie-ontwikkeling dient het gebruik van antibiotica-zalven zoveel mogelijk vermeden te worden.

Oorzaak achterhalen

Een groot aantal dieren met oorproblemen heeft steeds terugkerende klachten. Het achterhalen van een onderliggende oorzaak is hierin belangrijk. Aangeboren nauwe gehoorgangen, veel haar in de gehoorgangen en zware hangende oren maken dat het eigen-reinigende vermogen van een oor geremd wordt en het oor niet goed kan ‘luchten’. Extra reinigen, drogen en/of luchten kan de oplossing zijn en dient dan levenslang te worden toegepast. Het verwijderen van overmatig haar uit de gehoorgang is bij sommige dieren essentieel voor het kunnen luchten van het oor; voor anderen geeft dit juist veel irritatie en klachten. Allergieën spelen steeds vaker een rol bij jeukende oren, zeker indien er gisten aanwezig zijn. Het achterhalen van hetgeen waarvoor de hond allergisch zou kunnen zijn moet dan de grootste aandacht krijgen om oorproblemen in de toekomst zoveel mogelijk te voorkómen. Steeds terugkerende bacteriële oorontstekingen zien we vaker bij honden die veel (in slootwater) zwemmen, of bij honden waarbij andere honden regelmatig in de oren likken (waarbij bek-bacteriën de oren kunnen infecteren). Voorkómen hierbij is beter dan genezen. Indien voorkómen niet mogelijk is, dan is handelen bij de allereerste symptomen vaak al effectief. In overleg met een dierenarts kan dan het gebruik van oorreinigers, zure oordruppels en/of honingzalf zorgen dat het beginnende oorprobleem snel verholpen wordt in plaats van uit de hand loopt. Het meegeven van antibioticumhoudende oorzalven bij oorontstekingen die steeds terugkomen zonder tussenkomst van een dierenarts is niet toegestaan.

Doorverwijzing

In slechts enkele gevallen is een verwijzing naar een KNO-dierenarts noodzakelijk. Het gaat dan om ernstige chronisch ontstoken gehoorgangen of bijvoorbeeld om, diep in de gehoorgang gelegen, poliepen of tumoren. Met speciale apparatuur kan de gehoorgang in de diepte beoordeeld en indien nodig geopereerd worden. In uiterste gevallen is het verwijderen van de gehele gehoorgang ook nog een oplossing.

Huid en vacht verzorging

Vachtverzorging en de rui

Elk dier verhaart regelmatig, krabt weleens en heeft wel eens een pukkeltje of een plekje. Maar wanneer moet je ingrijpen?

Vachtverzorging en de rui

Een gladde, glanzende en aangesloten vacht weerspiegelt over het algemeen de gezondheid van een dier. Twee maal per jaar wordt de vacht vervangen tijdens ‘de rui’. In de lente maakt de wintervacht plaats voor de zomervacht en in de herfst weer andersom. Veel honden, vooral die in huis worden gehouden, verharen min of meer het hele jaar door, met een extra piek in de lente en de herfst.  Zolang er geen kale plekken ontstaan en de huid niet afwijkend is, is van een afwijkende rui doorgaans geen sprake. Tijdens de rui kan de vacht er even heel plukkerig uitzien, maar dat mag maar van korte duur zijn. Vaker borstelen kan het verharen wat helpen. Borstels en kammen met pinnen of tanden worden met name gebruikt bij langere vachten om te ontklitten, of om plukken dood haar te verwijderen. Het is verstandig om niet met de pinnen over de huid te krassen, aangezien dit huidirritatie en schilfering in de hand kan werken.  Met kortere vachten en dun behaarde dieren geniet een rubberen borstel de voorkeur. Met deze borstels kun je tevens een massage beurt geven, wat zowel huid als spieren ten goede komt. Wassen als normale vachtverzorging wordt niet aangeraden (zie later bij ‘wassen’).

Trimsalon

Dieren met vachten die extra aandacht behoeven, dienen regelmatig naar een trimsalon gebracht te worden. Mocht u een dier hebben met een vacht die niet ‘vanzelf’ mooi blijft , raadpleeg dan een erkend trimmer over het aanbevolen onderhoud. Mocht u voornemens zijn een dier aan te schaffen van een bepaald ras, met een bijzondere vacht, informeer u zelf van tevoren goed. Denk daarbij aan het eventuele extra onderhoud wat een dergelijke vacht met zich meebrengt wat betreft dagelijkse handelingen en trimsalon-bezoek.

Klitten en vervilten

Een veel gezien probleem in de langere vachten, is het klitten van de vacht. Bij dieren met veel onderwol  is vooral het vervilten ervan het probleem. Indien dergelijke vachten niet met grote regelmaat worden gekamd kunnen klitten en vilt-klonten dusdanige vormen aannemen dat het dier er last en pijn bij het bewegen of bij het ontlasten van ondervindt. Het proberen weg te knippen met een normale schaar heeft nogal wat risico. Vooral bij oren, oksels, liezen en geslachtsorganen is het risico groot om per ongeluk tóch in het vel te knippen (met alle gevolgen van dien…..). Indien de klitten erg dicht op de huid zitten of als het dier er erg pijnlijk aan is, dan is het zeer raadzaam om met een dierenarts te overleggen om, meestal onder een roesje, de plekken te scheren.

Haarballen

Vooral bij katten kan tijdens de rui veel haar in het maagdarmstelsel terecht komen. Overmatige inname van haar geeft regelmatig maagirritatie, met braken tot gevolg. Ook overmatige inname van haar, huid en veren van prooidieren kan haarophoping in de maag en darmen veroorzaken. Een ‘haarbalkuur’ (5 dagen lang een lik laxapast ingeven) biedt vaak een snelle oplossing.

Parasieten

Vlooien, maar ook mijten, luizen, teken en schimmels kunnen vacht en huidproblemen geven. Jeuk, kaalheid, schilfers en een afwijkende huid zijn de voornaamste symptomen. Een goede huid-afweer en preventieve anti-parasitaire middelen op maat zijn de sleutel tot de oplossing van een parasitair probleem. Bandjes, nekdruppels, pillen, spray en shampoo zijn in vele merken en prijzen te koop, maar het juiste gebruik ervan is zeer essentieel voor een oplossing van het probleem op langere termijn. U kunt bij ons aan de balie informatie inwinnen over de juiste middelen voor uw dier!

Voeding

Dieren die een volwaardige commerciële voeding van een goed merk krijgen, aangepast aan hun leeftijd, grootte en energiebehoefte, zouden over het algemeen geen tekorten mogen hebben. Dieren met chronische problemen waardoor ook de huid barrière aangetast wordt, kunnen baat hebben bij supplementen. Ook in de hersteltijd na dracht, ziekte of ingrijpende operaties kan de vacht en huid soms extra baat hebben bij dergelijke additieven. Het gaat dan doorgaans om omega-3 en omega-6 vetzuren.

Dieren die naast hun normale voeding een scala aan kluifjes, koekjes, snacks en tafelresten krijgen, kunnen hierdoor huidklachten ontwikkelen. Vergelijk dit bijvoorbeeld met huidklachten die sommige mensen van het eten van veel chocola en vet eten kunnen krijgen.

Allergieën

Huidallergieën kunnen variëren van enkele rode plekjes tot zeer heftige en gegeneraliseerde huidklachten met pijn, jeuk en ontstekingen waarvan het dier ernstig te lijden heeft. Ook de huid van de oren kan bij allergieën ernstig verstoord raken. De drie hoofdgroepen van allergieën die problemen in vacht en huid kunnen geven zijn contactallergie, voedingsallergie en inademingsallergie (atopie). Met name de laatste twee zijn vaak moeilijk van elkaar te onderscheiden, en hebben vaak een zekere overlap. Het volgen van het juiste stappenplan bij een dierenarts of zelfs specialist is zeer essentieel om tot een juiste diagnose te komen en daarbij tot een mogelijke therapie. Het uitsluiten van parasieten, een eliminatiedieet en eventueel een bloedtest en desensibilisatie-traject zijn onderdelen hierin.

Wassen

Bij een normaal gezond dier is wassen niet iets wat wij aanraden ter bevordering van de hygiëne of gezondheid. Een gezonde vacht zal, na opdrogen, als het ware vuilafstotend zijn, en behoeft niet meer dan een borstelbeurt. Door allerlei huidproblemen kan wassen toch gewenst zijn. Bijvoorbeeld bij gist overgroei bij bepaalde allergieën, of bij uitgebreide bacteriële huidontstekingen. Overleg bij voorkeur met een dierenarts waarom u wilt wassen en of er een onderliggende oorzaak voor het huidprobleem kan zijn dat op een andere manier beter op te lossen is. Bijvoorbeeld: wassen met vlooienshampoo wordt om die reden afgeraden. Bij wassen dient altijd de huidbarrière onaangetast te blijven of versterkt te worden door het gebruik van de juiste middelen. Huidverzorgende shampoos en spot-ons zijn aan de balie te koop, en dienen pas gebruikt te worden na overleg met een dierenarts.

Andere ziekten

De huid is het grootste orgaan van het lichaam. Beschadiging, ontsteking of tumoren aan dit orgaan kunnen heel lokaal, maar ook zeer uitgebreid zijn. Daar kunnen ook andere organen op reageren. Andersom kan bij bepaalde internistische problemen ook de huid reageren. Bekend zijn de symmetrische kaalheid van de flanken bij schildklier problemen. Ook problemen van de bijnieren typeren zich vaak door dunne beharing  en symmetrische kaalheid. Bij sommige dieren kan na een hormonale verandering (na dracht of na sterilisatie) de vacht sterk veranderen van structuur. Ook problemen in de afweer kunnen zich uiten in kleinere maar ook in uitgebreide huidveranderingen, en ook sommige ‘buitenland ziekten’ kunnen zich als eerste in de huid manifesteren, zoals Leishmania.

Al met al genoeg reden om vacht en huid serieuze aandacht te geven!

Overgewicht hond en kat

Overgewicht

Overgewicht is, ook bij dieren, een veel voorkomend probleem. Steeds meer honden en katten zijn te dik en dat geeft extra gezondheidsproblemen. Naast het gewone eten, krijgen de dieren vaak verschillende tussendoortjes. Net als bij mensen zijn deze tussendoortjes vaak de oorzaak voor het overgewicht.

Waarom is overgewicht een probleem?

Overgewicht versnelt het proces van slijtage van de gewrichten (arthrose). Met name grotere honden, maar ook de kleinere rassen kunnen hier flink last van ondervinden. Ze hebben pijnlijke gewrichten, waardoor ze kreupel gaan lopen en minder actief worden. Ook katten kunnen minder makkelijk de dingen doen waar ze van houden: onder andere op de bank springen en ook de eigen vacht verzorgen wordt een hele opgave. En ook katten krijgen sneller last van artrose. Verder wordt de kans op blaasgruis vergroot.

=

Honden die 'van zichzelf' al een moeizamere ademhaling hebben (denk aan kortsnuitige honden), krijgen vaak nog minder lucht door het vet in de omliggende weefsels. Maar ook honden en katten met een "normale" luchtwegen krijgen meer moeite met ademen als ze te dik zijn. Net als bij mensen hebben honden en katten met overgewicht meer kans op suikerziekte en hart- en vaatziektes.

Tot slot blijkt dat door overgewicht het afweersysteem minder goed werkt. Het vetweefsel is vaak ontstoken, waardoor het afweersysteem hier te druk mee bezig is op het moment dat er een ‘echte’ ziekteverwekker binnenkomt. Uw huisdier is dus vatbaarder voor ziekten.

Door alle nadelige gevolgen voor de gezondheid leven dieren met overgewicht minder lang.

Foto met dank aan de fam. Kruit

Waarom wordt een hond of kat te dik?

Honden en katten worden te dik op het moment dat ze meer energie binnen krijgen dan dat ze nodig hebben. Iedere hond en kat is anders gebouwd en heeft een andere energiebehoefte. Daarom is het niet eenduidig aan te geven hoeveel een hond of kat van een bepaald ras mag eten. Dit is per dier verschillend. 

Ook een sterilisatie of castratie heeft vaak als gevolg dat het dier dikker wordt. Dit komt doordat het wegvallen van bepaalde hormonen een lagere stofwisseling tot gevolg heeft. Een dier heeft na de operatie minder energie nodig. Als hij/zij nog net zoveel voer als daarvoor krijgt, dan krijgt het dier meer calorieën binnen dan dat hij/zij nodig heeft en dan zal hij/zij dus gaan groeien. Ook zijn er honden en katten die van zichzelf niet heel erg actief zijn, deze hebben ook vaak meer aanleg om aan te komen.

Bij dieren zijn met name tussendoortjes de oorzaak waardoor ze te dik worden. Zowel de hondenkoekjes en -kluiven, maar vergeet ook niet de stukjes worst, kaas etc. Ter vergelijking: 25 gram kaas voor een kat, komt overeen met 3,5 hamburger voor een mens. En 25 gram kaas voor een hond met 2 grote muffins voor de mens.

Beweging speelt ook een rol, maar deze is minder groot dan bijv. bij mensen.  Het is dus belangrijk om de voeding van uw dier af te stemmen op de activiteiten die ze doen.

Wat kunt u doen om uw hond af te laten vallen?

Er zijn verschillende manieren om uw hond te laten afvallen. Het belangrijkste is om alle tussendoortjes weg te laten. Wel mag de hond beloond worden met een brokje van zijn voer. Dit moet uiteraard wel een brokje zijn uit het bakje voer "voor die dag" en niet een brokje dat er dus weer bij komt. Als voeding kan 'eigen voer', maar zeker bij honden die echt te zwaar zijn, is speciale dieetvoeding aan te raden. Dit voer is zo samengesteld dat de hond minder calorieën binnenkrijgt, maar na het eten wel een vol gevoel heeft. Als u de hoeveelheid van het eigen voer verminderd om uw hond af te laten vallen, zal het dier minder buikvulling krijgen, waardoor het een 'hongergevoel' blijft houden en als gevolg daarvan kan gaan struinen op zoek naar voer. 

Als uw hond erg schrokt met het eten van zijn brokken, kunt u een speciale schrokbak kopen. Dit zorgt ervoor dat uw hond zijn brokken minder snel op heeft en daarna meer verzadigd is. Ook kunt er zelf een maken door stenen in de bak de leggen (wel grote stenen, kiezelstenen gaan vaak mee naar binnen), zo kan uw hond ook minder snel bij de brokken. Ook zijn er voederballen, deze moeten ze eerst voortbewegen en er daarna achteraan lopen. Met als bijkomend voordeel dat ze dan gelijk beweging krijgen. 

Het is belangrijk om uw hond niet te snel af te laten vallen. Per hond zijn er speciale richtlijnen om het verantwoord af te laten vallen. Kom voor het ideale gewicht een keer langs, dan kunnen we voor u een begeleidend plan maken.

Wat kunt u doen om uw kat af te laten vallen?

Bij katten is afvallen vaak wat lastiger. Een hond kun je makkelijker tot beweging aanzetten dan een kat. Toch zijn er een aantal dingen die u kunt doen. Net als bij de honden zijn er speciale dieetvoeders. U kunt ook uw eigen voer geven en de hoeveelheid die u normaliter geeft verminderen.  Veel katten hebben de hele dag door eten staan, en de bakjes worden weer bijgevuld als ze op zijn. Dit is voor katten die te veel eten en te dik zijn af te raden. Geef uw kat 2 of 3x per dag brokjes, als de voerbak leeg is, dan moet hij/zij wachten tot de volgende keer. U kunt de bakjes voer ook op verschillende plekken in huis zetten. Zo gaat de kat overal kijken of er nog brokjes in zitten en automatisch dus ook meer lopen. Ook voor katten zijn er voerballen, waarbij het voer er uit komt rollen als ze het balletje in beweging brengen. Een andere mogelijkheid is om de brokjes op de trap leggen. Verder kunt u kijken wat uw kat leuk vindt om mee te spelen (aluminium of papierpropjes zijn vaak erg in trek). Plan elke dag wat tijd in om dan met hem/haar bezig te zijn, zodat ze meer beweging krijgen. Katten zijn heel slim en hebben soms meerdere huizen waar ze voer krijgen. Vraag eens in de buurt na of iemand de kat ook eten geven. Want als u heel hard aan de slag gaat met afvallen, maar de buurvrouw blijft de kat netjes eten geef, dan is al uw werk voor niets!

Door uw dier af te laten vallen zal het vrolijker en actiever worden en langer leven. Ze zitten letterlijk en figuurlijk beter in hun vel!

  Zeer mager Ondergewicht Ideale gewicht Overgewicht Obesitas
Ribben Ribben zijn duidelijk zichtbaar en eenvoudig te voelen, geen vetlaag Ribben zijn zichtbaar met minimale vetlaag tussen huid en bot Ribben zijn niet zichtbaar maar wel eenvoudig te voelen niet zichtbaar en moeilijk te voelen door een matige vetlaag; Moeilijk te voelen onder een dikke vetlaag
Staartbasis Botten duidelijk zichtbaar, geen vetlaag Moeilijk te voelen onder een dikke vetlaag gladde contouren met lichte vetlaag enkele dikkere botten voelbaar onder matige vetlaag verdikt en botten moeilijk voelbaar onder dikke vetlaag
Zij-aanzicht Duidelijke buikplooi buikplooi buikplooi geen buikplooi geen middel, vet hangt aan de buik
Bovenaanzicht Zeer duidelijke zandlopervorm duidelijke zandlopervorm taille in verhouding met de rest van het lichaam rug ter hoogte van middel verbreed rug is zichtbaar verbreed

 

Normaalwaarden hond, kat, knaagdier

Normaalwaarden hond, kat, knaagdier

Voor u als eigenaar is het fijn om te weten wat de richtlijnen van de normaalwaarden van uw dier zijn. Wel is het belangrijk dat u in u achterhoofd houdt dat dit richtlijnen zijn, en dat er situaties zijn waarbij uitzonderingen gelden. Bij twijfel is het daarom raadzaam om ons te raadplegen.

Hond

Temperatuur: 38.2 - 39.0
Leeftijd geslachtsrijp: reu 6 - 12 maanden, teef gem. 6 - 9 maanden maar dit kan uitlopen tot 24 maanden.
Castratie / sterilisatie leeftijd: reu vanaf 6 maanden,  teef <20 kg voor de eerste loopsheid, teef >20 kg 3 maanden na de (1e) loopsheid. Let op: een reu kan tot 7 weken na de castratie nog vruchtbaar zijn!
Duur dracht: 60 - 63 dagen.

Kat

Temperatuur: 38.5 - 39.0
Leeftijd geslachtsrijp: 4 - 10 maanden.
Castratie / sterilisatie leeftijd: kater vanaf 8 maanden, poes vanaf 6 maanden. Let op: en kater kan tot 7 weken na de castratie nog vruchtbaar zijn!
Duur dracht: 60 - 70 dagen.

Konijn

Temperatuur: 38.5 - 39.5
Leeftijd geslachtsrijp: 4 - 6 maanden.
Castratie / sterilisatie leeftijd: ram & voedster vanaf 6 maanden.
Duur dracht: 30 - 31 dagen.

Cavia

Temperatuur: 37.5 - 39.5
Leeftijd geslachtsrijp: beer 8 - 10 weken, zeug 4 - 5 weken.
Castratie / sterilisatie leeftijd: beer & zeug vanaf 6 maanden.
Duur dracht: 59 - 62 dagen.
Wilt u met een cavia fokken is het van belang dat ze het eerste nest hebben voor hun 1e jaar. Dit omdat anders het bekken zodanig zit vast gegroeid dat de jongen er niet meer uit kunnen.

Op reis met uw huisdier

Wijs op reis met je dier

Vakantie: wat is er leuker dan met het hele gezin een paar weken naar een zonnig oord vertrekken? Het hele gezin betekent steeds vaker: inclusief de hond, of zelfs de kat. Of we onze huisdieren echt een plezier doen met zo’n onderneming, willen we niet ter discussie stellen. Maar áls u gaat en de huisdieren meeneemt, is het wel verstandig om met een aantal zaken rekening te houden.

Voorbereiding

Om te beginnen: een goede voorbereiding is het halve werk. De grenzen mogen dan open zijn binnen Europa, huisdieren hebben nog steeds een heus dierenpaspoort nodig om naar het buitenland te mogen. Ook de hotel- of campinghouder in het buitenland, of agent op straat, kan u hiernaar vragen. Ook zijn er landen die sommige rassen niet toelaten. Meestal zijn dit het type "vecht " honden. Informeer vooraf dus goed aan welke eisen u moet voldoen.

Wilt u met uw hond reizen naar Engeland? Vanwege de nog lopende brexit is er op dit moment nog niet duidelijk wat de regels zullen worden. Op dit moment zijn de regels tot 31 december 2020 nog hetzelfde, maar wat hierna gebeurd is nog niet bekend. Het is belangrijk om ruim van tevoren te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn. Meer informatie hierover vindt u via deze link (doorscrollen naar verenigd koningkrijk).

Hier kunt u de eisen voor landen binnen Europa vinden.
Hier kunt u de eisen voor landen buiten Europa vinden.

Entingen en chip

Uw huisdier(en) moeten de gebruikelijke entingen hebben gehad, en een extra enting tegen hondsdolheid (rabies). Daarnaast is een identificatiechip of tatoeage verplicht, deze moet zijn gezet voor de rabiësvaccinatie wordt gegeven. In het paspoort wordt dit allemaal netjes bijgehouden.  Als de chip en/of entingen niet op orde zijn, kan u dat een fikse boete kosten, of men kan zelfs weigeren uw dier (terug) de grens over te laten gaan! Dit geldt voor elk bezoek aan het buitenland, ook een dagje Antwerpen. Voor sommige landen gelden extra strenge eisen, zoals aanvullende bloedtesten. Het is daarom verstandig om even naar de praktijk te bellen als u weet welk land uw vakantie-bestemming wordt. Wij kunnen u adviseren over reizen met uw dier. Wij zijn echter niet aansprakelijk voor evt. verouderde of onvolledige informatie m.b.t. de in- en uitvoereisen voor dieren naar het buitenland. De meest betrouwbare up-to-date informatie kunt u vinden bij de ambassade van het land van uw bestemming (bijv. website) Vergeet niet ook te kijken naar de eisen van de landen waar u doorheen reist!

Vlooien, teken en andere nare beestjes

Veel mensen vieren vakantie in de warmere landen rond de Middellandse Zee. In deze landen komen andere parasieten voor dan in ons eigen land. Deze parasieten kunnen vervelende ziektes veroorzaken. Een voorbeeld is Leishmania. Deze bloedparasiet wordt overgebracht door zandvliegjes, die de hond steken en infecteren. De vliegjes komen in warmere gebieden heel algemeen voor. Leishmania leidt van vage tot ernstige klachten als vermoeidheid, huidontsteking en orgaanstoornissen. De hond wordt er uiteindelijk doodziek van, en er is geen 100% genezende behandeling. Ook teken kunnen ernstige ziektes overbrengen. De ziekte van Lyme is de bekendste, maar er zijn er meer. Voorkómen is dus heel belangrijk: gebruik goede vlooien- en tekenbestrijding die óók werkt tegen zandvliegjes.  Wij kunnen u precies vertellen welke middelen voor uw vakantiebestemming geschikt zijn.

Overigens verschuift de temperatuurgrens rap noordwaards, dus wie weet geldt dit verhaal binnen korte tijd ook voor Nederland zelf!

Ontwormen

In veel zuidelijke landen komt hartworm voor. Een gemeen wormpje dat, zoals de naam al zegt, problemen rond het hart veroorzaakt. Gelukkig zijn er ontwormingsmiddelen die de hartworm effectief bestrijden, mits u er op tijd mee begint. Wij adviseren Milbemax, zowel voor de hond als voor de kat. Het hartworm-schema is als volgt:

Ontwormings schema hartworm:

Twee weken voor vertrek
Dag van thuiskomst
Maand na thuiskomst

Ontwormings schema hartworm bij verblijf in het buitenland langer dan een maand:

Twee weken voor vertrek
Iedere vier weken zolang u in het buitenland bent
Dag van thuiskomst
Maand na thuiskomst

Twijfelt u of uw vakantiebestemming een hartworm-gebied is? Neem even contact met ons op, dan geven we u de actuele stand van zaken.

Kat mee op vakantie: doen?

Katten vinden een autorit vaak maar niks. Ze zitten opgesloten in een mandje en voelen zich niet op hun gemak. Een lange autorit met een kat die slecht tegen autorijden kan, raden we dan ook af. Zo’n kat voelt zich veel prettiger in zijn eigen huis en omgeving, met bijv. een buurvrouw die voor zijn natje en droogje zorgt. Katten kunnen over het algemeen goed alleen zijn. En anders kan een goed pension uitkomst bieden.

Sommige katten vinden autorijden prima. Je kunt dan overwegen om zo’n kat wel mee te nemen op vakantie. Hou er rekening mee, dat een kat een territoriumdier is. Op de vakantiebestemming zal de kat direct willen uitzoeken welke andere katten er in de buurt zijn en wat er allemaal te beleven valt. Gevechten met een -mogelijk halfwilde, en dus niet ingeënte kat- uit de buurt, of toenemend sproeigedrag, kunnen het gevolg zijn. Ook is het voor uw kat best lastig om de weg naar ‘huis’ te vinden, als dat huis ineens uw caravan blijkt te zijn. Laat uw kat daarom het liefst in Nederland al wennen aan caravan of tent. Een tuigje met lange lijn voorkomt dat uw kat verdwaalt. Veel katten houden echter niet van een tuigje, dus ook daarvoor geldt: eerst thuis de pasvorm uitproberen en laten wennen.

De hond mee in de auto

Honden vinden het vaak prachtig om met de baas mee te mogen op vakantie. Een rit naar Zuid Frankrijk is echter wel wat anders dan een middagje naar het bos, dus oefen van tevoren een lange afstand. Het is belangrijk om vaak te stoppen, zeker elke twee uur, en de hond dan goed te laten wandelen en eten, drinken en plassen. Zorg ervoor dat u volop water én een eigen drinkbak bij u heeft. Water uit slootjes of parkeerplaatskranen is immers niet altijd even fris, en op diarree zit u natuurlijk niet te wachten. Reken zeker op een paar liter per dag, afhankelijk van de grootte van uw hond.

Reisziekte

Net als mensen kunnen honden last krijgen van reisziekte. Het helpt als ze tijdens de rit genoeg frisse lucht krijgen. Dus doe een raampje open, maar niet de kop uit het raam! En geef liever bij elke stop een klein beetje eten, dan een hele bak voer in één keer (zoals thuis). Er zijn tegenwoordig ook heel goede reisziektetabletjes voor honden verkrijgbaar. Het is wel verstandig om deze tabletjes een keer uit te proberen voordat u op vakantie gaat. Reistabletten voor mensen zijn ongeschikt voor uw huisdier! Dat geldt overigens voor heel veel humane (= voor mensen) medicijnen, maar dat terzijde.

Vertrouwde basis

Zowel voor honden als voor katten geldt, dat er op vakantie al genoeg nieuwe dingen op hen af komen. Een vertrouwde basis is dus heel prettig voor ze. Neem een veelgebruikt kleed of mandje mee, de eigen etensbakjes en -heel belangrijk!- voldoende voer van thuis, zeker voor de eerste paar dagen. Natuurlijk verkoopt de plaatselijke super ook honden- en kattenvoeding, maar elke voerverandering kan onverwacht problemen geven, zoals diarree. Zeker als uw dier toch al wat ‘van slag’ is door alle nieuwe indrukken. En juist op vakantie wil je dát natuurlijk voorkomen.

Medicijnen

Gebruikt uw dier medicijnen? Zorg dan dat u voldoende bij u heeft. Het kan verstandig zijn om een korte uitleg van de medische conditie van uw dier in het Engels (of andere taal) mee te nemen, mocht een bezoekje aan een plaatselijke dierenarts nodig blijken. Dit staat niet standaard in het paspoort! Wij helpen u hier graag bij.

Toch maar niet meenemen?

Misschien besluit u na het lezen van deze informatie dat het voor u en/of uw dier prettiger is om hem maar niet mee te nemen. Dan kunt u natuurlijk het beste op zoek gaan naar een lieve oppas.

Wij wensen u in ieder geval een fijne vakantie!

Voedselfabels

Voedselfabels

Over de juiste voeding voor mens en dier zijn bibliotheken vol geschreven. Dé juiste voeding bestaat niet, er zijn vele wegen die naar Rome leiden. Maar een beetje kennis van dier en voeding helpt wel om uw huisdier zo gezond mogelijk te houden. Want wie weet gelooft ook u ongemerkt wel in een voedselfabel….

Wij mensen zijn alleseters. Wij kunnen zowel plantaardig als dierlijk voedsel van nature goed verteren. Onze honden en katten zijn echter van nature prooidiereters. Ze eten in de natuur vooral vlees en de (plantaardige) maaginhoud van hun prooidieren, die al voorverteerd is. Het gebit en spijsverteringsstelsel van hond en kat verschillen sterk van het onze. Hun voedselbehoefte is dan ook geheel anders dan onze schijf van vijf. Zie hier: vijf voedselfabels!

Voedselfabel één: vitamientjes zijn gezond, daar kun je niet genoeg van eten

De diervoeders die in Nederland te koop zijn, moeten voldoen aan strenge eisen en dit wordt regelmatig gecontroleerd. Slechte voeders zijn dan ook eigenlijk niet te krijgen. Koop wel altijd verpakt voedsel, want daarop staat een houdbaarheidsdatum en ingrediëntenlijst. Als er ‘volledig diervoeder’ op de verpakking staat, mag u erop vertrouwen dat alles wat uw hond of kat nodig heeft, erin zit. Dat geldt voor droogvoeder (brokjes) en blikvoeding of maaltijdzakjes. Het is dan ook beslist niet nodig om extraatjes te geven in de vorm van brood, knabbels, vers vlees of extra ‘vitamientjes’. Soms is het zelfs ronduit onwenselijk. Wist u dat er zoiets als een vitaminevergiftiging bestaat? Die krijg je niet van een appeltje teveel, maar bijvoorbeeld wel van teveel lever (vitamine A) eten. Of van een overmaat aan voedingssupplementen. Dat geldt voor mens én dier.

Voedselfabel twee: brood is goed voor honden

Wij horen op de praktijk vaak, dat de hond dagelijks een sneetje brood krijgt. Wat kan dat nou voor kwaad, zult u denken. Brood is toch gezond, en één zo’n sneetje… Nou, rekent u even mee. Een mens weegt gemiddeld 70 kilo. Een beetje hond zo’n 17 kg. Een mens is dus ruim vier keer zwaarder dan een hond. Eén sneetje brood is bij de hond dan ook vergelijkbaar met ruim vier sneetjes bij een mens! Hoe zou u er na verloop van tijd uitzien, als u dagelijks vier boterhammen extra zou eten? Hou het liever bij een normale portie hondenvoer, verdeeld over twee maaltijden per dag. Daarin zitten de juiste voedingsstoffen in de juiste verhoudingen. Zo krijgt uw hond alles binnen wat hij nodig heeft!

Honden met een (over-)gevoelige maag en darmen moeten liever helemaal geen brood krijgen, ook niet af en toe als extraatje, of door de kruimels van het bord van het baasje te eten. Er zijn aanwijzingen dat bepaalde bestanddelen in het brood de darmen extra irriteren. Hou het bij deze dieren dus zéker op uitsluitend hondenvoeding, evt. zelfs dieetvoeding speciaal voor overgevoeligheid. Uw dierenarts kan u daar meer over vertellen.

Voedselfabel drie: melk is een goede manier van drinken geven aan de kat

Van oudsher hoort bij een kat een schoteltje melk. Maar wist u dat in gewone koeienmelk en sommige andere zuivel een melksuiker (lactose) zit, waar katten helemaal niet zo goed tegen kunnen? Lactose kan diarree veroorzaken. Diervoederfabrikanten hebben daar handig op ingespeeld door speciale kattenmelk op de markt te brengen. Die wordt beter verdragen door het kattenlichaam, maar gewoon vers drinkwater is veruit de beste manier om in de vochtbehoefte van uw kat te voorzien. Dat sommige katten dat ‘verse’ drinkwater uitsluitend uit vissenkom, vijver of toiletpot wensen te nuttigen… Tja, het blijven wonderlijke dieren.

Ook water met een scheutje melk erdoor is niet zo’n goed idee. Vanwege de lactose, maar ook omdat melk buiten de koelkast snel bederft. Een bakje water met melk erdoor is daardoor vrij kort drinkbaar, zeker op warme dagen. Omdat katten 24 uur per dag toegang moeten hebben tot fris drinken, kunt u dus beter kiezen voor 100% kraanwater. Dat bederft niet en is op alle temperaturen drinkbaar.

Overigens is bovengenoemde kattenmelk beslist niet geschikt als flesvoeding voor jonge kittens!! Kittens die nog niet (genoeg) vast voedsel kunnen eten, moeten bijgevoerd worden met speciale kittenmelk die alleen in poedervorm verkocht wordt. Neem even contact op met de praktijk als u kittens wilt bijvoeden, dan geven we u advies op maat.

Voedselfabel vier: Snoep voor dieren is speciaal voor hen gemaakt, en kan dus geen kwaad

Natuurlijk is het leuk om Fikkie of Minous af en toe een traktatie te gunnen, dat kan helemaal geen kwaad. Maar net als bij mensen geldt: teveel extraatjes leveren ook teveel extra caloriën. En overgewicht bij huisdieren zien we helaas heel vaak. Een brokje van het normale voer als beloning doet het vaak net zo goed als een honden- of kattensnoepje.

Om te voorkomen dat u ongemerkt teveel voer geeft in de vorm van beloningen, kunt u het volgende doen: weeg ‘s morgens de benodigde hoeveelheid voer voor uw dier voor die dag af. Meestal staat op de verpakking een richtlijn hoeveel u mag geven. Verdeel de daghoeveelheid over twee maaltijdporties, en steek een gedeelte in een zakje wat u de hele dag bij u draagt. Iedere keer als u een beloning geeft, geeft u dit uit het zakje. Zo kunt u volop belonen zonder teveel te geven. Vooral handig bij pups die nog van alles moeten leren!

Honden kunnen baat hebben bij het gebruik van kauwstaafjes om tandplaque tegen te gaan. Bijna niemand weet echter, dat deze kauwstaafjes bijzonder calorierijk zijn. Als u deze staafjes geeft, is het verstandig om het normale voer wat te minderen. Anders wordt uw hond al snel te dik.Ook moeten honden minimaal een half uur op een bot of kauwstaaf kauwen om effect te hebben. Er zijn ook andere manieren om het gebit in goede conditie te houden, zoals tanden poetsen. Neem voor meer informatie over gebitsonderhoud even contact op met de praktijk. 

Bron Nourittani

Voedselfabel vijf: Brokken zijn beter dan blikvoer of ander zacht voer

Veel mensen geven hun huisdier brokjes, omdat dit beter zou zijn voor het gebit, of omdat het ‘gezonder’ zou zijn dan voeding uit blik of maaltijdzakje. U ook? Toch is het echt een fabel.

Gebit

Gewone honden- en kattenbrokken zijn vergelijkbaar met een koekjes: zodra erop gebeten wordt, vallen ze uiteen en vermengen zich snel met het speeksel tot een brij. Deze is qua substantie vergelijkbaar met blikvoeding, ook wel zacht- of natvoeding of ‘vlees’ genoemd. Gewone brokjes doen dan ook weinig om het gebit schoon te houden. Achtergebleven restjes kunnen leiden tot tandplak en uiteindelijk tandsteenvorming.

Speciale voeding voor het gebit helpt wél om de tanden en kiezen schoon te houden. Deze speciale brokjes zijn een beetje taai en gummy-achtig, waardoor ze als een hulsje om het gebit schuiven. Het dier moet enige moeite doen om deze brokjes weer los te werken, en zo wordt tandplak weggewreven en tandsteenvorming voorkomen. Deze speciale voeding (dieetvoeding voor het gebit) is er voor hond en kat, maar is alleen bij de dierenarts verkrijgbaar.

Voedingswaarde

In kwaliteit qua voedingswaarde is er ook weinig verschil tussen nat- en droogvoer. Er bestaan van beide uitstekende en iets mindere varianten. In natvoeding zit wel meer vocht: per kg voeding betaalt u dus deels voor water. Dieren die droogvoeding krijgen, drinken meestal wat meer dan soortgenoten die natvoer krijgen. Maar omdat in natvoer al water zit, is de totale vochtopname bij natvoer of droge brokken vrijwel gelijk.

Er zit wel verschil tussen merken diervoeding qua verteerbaarheid. Hiermee bedoelen we de hoeveelheid van elke kilo voedsel die daadwerkelijk verteerd wordt. Hoe hoger de verteerbaarheid, hoe minder ‘restjes’ het lichaam via de ontlasting en urine weer verlaten. Premium merken zijn over het algemeen wat beter verteerbaar en zorgen dus voor minder ontlasting. Maar ook hier geldt: zowel nat- als droogvoeders kunnen goed of minder goed verteerbaar zijn. Het verschil zit in het merk en de grondstoffen, niet in het type voeding.

Overigens: van goed verteerbare (duurdere) voeding hoeft u per dag minder te geven. Dit heft het prijsverschil t.o.v. goedkopere merken soms aardig op!

Warmte tips

Warmte tips

Heerlijk de zomer is weer begonnen. Echter met het warme weer moeten we extra goed onze huisdieren in de gaten houden. Zij kunnen namelijk hun warmte niet zo goed kwijt en kunnen uiteindelijk oververhit raken wat dodelijk kan zijn.

Oververhitting

Aangezien oververhitting levensbedreigend kan zijn, is het dus erg belangrijk dat u de signalen van oververhitting/hitteshock kunt herkennen!

Signalen van oververhitting: 

  • Hoge lichaamstemperatuur (>39 C) (bij dieren is de enige betrouwbare manier om de temperatuur te meten via de anus) 
  • Rode of donkerpaarse slijmvliezen
  • Warme vacht
  • Snelle ademhaling, extreem hijgen
  • Lusteloosheid, reageert minder op prikkels
  • Kwijlen 
  • Braken en/of diarree

Signalen van hitteshock: 

  • Hoge lichaamstemperatuur (>40 C) 
  • Verminderd bewustzijn, niet of nauwelijks meer reageren op prikkels
  • Spierzwakte of niet meer kunnen staan
  • Bleke slijmvliezen
  • Snelle hartslag en ademhaling, extreem hijgen
  • Koude lichaamsuiteinden

Laat uw dier direct afkoelen door middel van schaduw, zet hem of haar voor een ventilator of koel uw dier af onder stromend, lauw water. Let op, gebruik geen koud water, dit kan een hartstilstand veroorzaken! Bezoek altijd een dierenarts, er kan namelijk orgaanschade zijn opgetreden. De eerste aanwijzing daarvoor is een aanhoudende sloomheid (ook al is het dier niet meer oververhit), wat wijst op een verminderde hersenfunctie. Ook de darm is erg gevoelig voor oververhitting en shock, met als gevolg bloederig-zwarte diarree. Ook andere organen, zoals de lever en de nieren kunnen schade oplopen door oververhitting.

Voorkomen is veel beter dan genezen

Honden en katten

  • Zorg dat er altijd voldoende vers drinkwater staat en neem drinkwater mee indien u op pad gaat.
  • Vermijd het lopen op asfalt (en tegels) zoveel mogelijk. Deze worden door de zon gloeiend heet. Indien het niet anders kan, bescherm dan de onderkant van de pootjes met Ecopets Paw Spray of Bio Balm.
  • Maak geen lange wandelingen overdag. Wandel het liefst tijdens de koele uren van de dag ('s ochtends vroeg of 's avonds laat).
  • Laat uw huisdier nooit achter in de auto, ook al bent u maar heel even weg.
  • Dieren met weinig vacht op bijvoorbeeld de neusbrug of andere delen van het lichaam kunt u insmeren met zonnebrand speciaal voor dieren om te voorkomen dat hun huid verbrand.
  • Zorg voor verkoeling. Zet eventueel een badje met koud water in uw tuin, waar uw hond zich kan afkoelen. Voor huisdieren bestaan er ook zogenaamde koelmatten en koelbanden. Deze zijn verkrijgbaar bij diverse dierenspeciaalzaken.
  • Leeft uw dier buiten? Zorg dat uw hond voldoende schaduwplekken heeft of naar binnen kan om zich te beschermen tegen de zon en de warmte. Dit geldt ook voor uw kat.
  • Zorg dat natvoer niet te lang staat. Hier kunnen vliegen hun eitjes in gaan leggen.

Knaagdieren

  • Hok in de schaduw! - Zorg dat het buitenhok van uw knaagdier in de schaduw staat. Eventueel kunt u zelf koelelementen maken, door plastic flessen voor 2/3 te vullen met koud water en deze in de vriezer te leggen. Leg er een handdoek of theedoek omheen als u deze in het hok legt, zodat uw dier zich niet kan ‘branden’ aan de ijskoude flessen. 
  • Zorg voor verkoeling. Er bestaan speciale coolpads voor knaagdieren.

Algemeen

  • Pas op maden! - Vliegen houden van vochtige warme plekjes om hun eieren in te leggen. Uit deze eitjes komen maden. Zorg daarom dat u wondjes van uw huisdieren goed in de gaten houdt en dat u ervoor zorgt dat de achterkant van uw konijn schoon en droog blijft. Voor de bestrijding van vliegenlarven en –eitjes kunt u maandelijks Myiasis spray gebruiken.    
  • Zorg dat er altijd voldoende vers drinkwater staat en neem drinkwater mee indien u op pad gaat.

Dierfysiotherapie

Over dierfysiotherapie

U als diereigenaar bent expert op het gebied van het gedrag van uw dier en ziet vaak ook als eerste veranderingen in het gedrag of bewegen. Meestal is er dan ook echt iets aan de hand, een dier laat van nature niet gauw zien dat het pijn heeft! Tijdens een dierfysiotherapeutische behandeling wordt het gehele bewegingsapparaat (spieren, gewrichten, wervels, bindweefsel) van uw dier beoordeeld en zo nodig behandeld. Zo krijgt u zelf ook uitgebreid inzicht in de meest optimale manier van bewegen van uw dier.

Denk bijvoorbeeld aan dierfysiotherapie als uw dier:

Kreupelt of in telgang gaat
Zich stijver beweegt (lopen/springen/opstaan) zich minder graag laat borstelen of aaien minder graag loopt, buigt of spring.
Wanneer er zwelling, spierspanning of temperatuursverhoging gevoeld wordt bij het dier kan dit ook wijzen op een probleem in het bewegingsapparaat.
Preventieve check-up van uw hond

Dierfysiotherapie & Dierenarts

Is sommige gevallen geeft de samenwerking tussen een dierenarts en de fysiotherapeute het beste resultaat. Denk hierbij aan artrose, rugproblemen, hernia en revalidatie na een operatie. Voor de website van Fysiotherapie voor Dier en Mens klikt u op deze link.

Gratis inloopspreekuur

Op dit moment zijn de inloopspreekuren voor onbepaalde tijd geannuleerd. Natuurlijk zijn behandelingen nog mogelijk. Wilt u hier een afspraak voor maken? Neem dan contact op met Ramona of Sabine.

Korting

Indien u bij ons op de praktijk het Huisdieren zorgplan heeft afgesloten krijgt u ook 10% korting op de behandelingen bij Ramona en Sabine.

Ramona Schalkwijk

Tijdens de behandeling zul je merken dat ik aandacht heb voor het geheel: het gehele lichaam, voeding, training, de mens in zijn omgeving, de relatie mens-dier; ze krijgen allen aandacht. Ik vind het belangrijk dat de cliënt inzicht krijgt in zijn eigen functioneren (en/of dat van het dier), welke factoren daar invloed op uitoefenen, en hoe er gewerkt kan worden aan herstel en preventie van problemen. Ik leg dus veel uit en probeer zoveel mogelijk mee te denken om binnen de mogelijkheden van de persoon de situatie te optimaliseren.

Jil de Graaf

Mijn naam is Jil de Graaf en ik kom uit Nieuwegein. Van jongs af aan al helemaal gek op dieren maar helaas ook enorm bang voor injecties. Dierenarts worden was voor mij dus helaas geen optie.. Als jong meisje riep ik dan dat ik wel dierenfysiotherapeut wilde worden, hoewel ik niet eens wist of dat bestond. Gelukkig  bleek dit wel degelijk te bestaan. Eerst heb ik de humane opleiding fysiotherapie gevolgd en daarna de post-HBO opleiding dierfysiotherapie. In die periode heb ik een aantal keer met Ramona Schalkwijk meegekeken om alvast wat te proeven aan het vak. Eind 2020 ben ik afgestudeerd als dierenfysiotherapeut en kon ik eindelijk starten met mijn droombaan!

Ik behandel zowel honden als paarden en ben zelf ook trotse eigenaar van Abby, mijn paard, en Wietske mijn Friese Stabij. 

Sint en Kerst gevaren

Sint en Kerst gevaren

De gezellige dagen komen er weer aan maar ze brengen ook de nodige gevaren met zich mee. Niet alle lekkernijen die wij in deze periode op tafel zetten zijn goed voor onze dieren.

Chocolade (theobromine)

We ontkomen vrijwel niet aan chocolade gedurende de feestdagen, maar blijf er rekening mee houden dat dit zalige snoepgoed niet geschikt is voor onze huisdieren en voornamelijk honden er wel sterk toe aangetrokken zijn.

Het stofje theobromine dat in chocolade zit, is giftig voor onze huisdieren omdat dit stofje veel te langzaam wordt afgebroken in het lichaam van dieren vergeleken bij mensen.

Duidelijke voorbeelden met de feestdagen zijn de chocoladeletters, chocolade kruidnoten en chocoladeversieringen in de kerstboom, maar vergeet bijvoorbeeld ook niet (los van de feestdagen) de cacaodoppen die in tuinen worden gebruikt (paden/decoratie). In de verschillende soorten chocolade zitten verschillende hoeveelheden theobromine; in witte chocolade zit vrijwel niets, maar hoe donkerder de chocolade, hoe meer theobromine er in zit en logischerwijs worden huisdieren dus sneller en ernstiger ziek van donkere chocolade (melk en zeker puur).

Indien uw hond of kat chocolade heeft gegeten, kunnen verschijnselen gaan optreden binnen 24 uur, maar meestal zelfs al na vier uur.

Verschijnselen kunnen zijn: braken (soms met bloed), buikpijnlijkheid, veel drinken, rusteloosheid tot zelfs hyperactiviteit, kwijlen, veel plassen, wankel lopen en een versnelde hartslag.

In hele ernstige gevallen kunnen er problemen met hart (ritmestoornissen) en longen (moeizaam ademen) en/of verschijnselen van epilepsie optreden.Het eten van chocolade kan leiden tot de dood.

Tegen theobromine bestaat geen antigif. Belangrijk is dat u zo snel mogelijk een dierenarts belt als u door heeft dat uw dier chocolade heeft gegeten. Vaak zorgt de dierenarts er dan voor dat het dier gaat braken en zo de meeste chocolade kwijt raakt voor het verder het lichaam in gaat. Verder kan er alleen ondersteunende therapie gegeven worden om ervoor te zorgen dat het dier zich zo aangenaam mogelijk voelt terwijl de rest van de chocolade langzaam uit het lichaam verdwijnt.

Kerstversiering

Gezelligheid! Wel willen we ook hier even stilstaan bij de eventuele gevaren voor huisdieren.

Kerstverlichting

Wat betreft verlichting (vaak snoeren bij betrokken), is het belangrijk om goed te letten op pups en knaagdieren of konijnen die vrij door het huis heen lopen. Zij kunnen aan de snoeren gaan knagen met alle gevolgen van dien. Ook brandende kaarsen kunt u beter niet aanlaten als er geen toezicht is, de dieren kunnen zichzelf hieraan branden of ze zelfs omstoten. Dit geldt natuurlijk ook voor een open haard of elektrische kachel.

Kerstboom en zijn versieringen

De kerstboom zal in veel huishoudens natuurlijk ook niet ontbreken en we hangen er graag een hoop versieringen in. We adviseren in elk geval geen glazen versieringen te gebruiken, maar ‘onbreekbare’ materialen zoals plastic (indien dit valt, zullen er geen scherven rondvliegen). Bij het ophangen van de versieringen met behulp van een haakje is het belangrijk dat het haakje echt goed bevestigd zit om de tak. Er zijn altijd honden die denken dat ze een gevallen haakje wel als tussendoortje kunnen gebruiken.

Kerstboom water

Zowel honden als katten zijn geneigd eerder water te drinken wanneer er een ‘smaakje’ aan zit (regenwater, slootwater) en zullen ook proberen de watervoorziening van een (echte) kerstboom te gebruiken. Probeer dit zoveel mogelijk te vermijden, omdat de kerstboom stoffen aan het water kan afgeven die voor de dieren niet erg gezond zijn. Ook takken en naalden van de kerstboom kunnen beter niet gegeten worden. Indien dit wel gebeurt, zal ook niet elk dier meteen ziek worden, maar houdt rekening met symptomen als braken, diarree en/of zelfs neurologische klachten. (bron LICG)

Kerstplanten

Er zijn een aantal planten die we voornamelijk zien rondom kerst; de kerstster, hulst, maretak en de kerstroos. Deze planten zullen hieronder besproken worden in de volgorde van erg giftig naar minder giftig.

Maretak

In films wordt dit plantje vaak gebruikt als excuus om een (geheime) liefde eindelijk een keer een zoen te mogen geven wanneer beide personen onder dit (dan aan het plafond hangende) takje staan. Indien u huisdieren heeft, kunt u dit plantje toch beter uit huis laten. De verschijnselen die kunnen optreden na het eten van maretak bestaan uit: braken, diarree, verwijde pupillen, ademhalingsproblemen, shock en indien het dier veel heeft gegeten of er erg gevoelig voor is, kan het soms leiden tot de dood.

Kerstroos

Deze plant bevat een stof dat op het hart van dieren (en mensen) slaat. In lage doseringen wordt dit stofje nog wel eens toegepast als hartmedicatie bij hartproblemen, maar in hogere doseringen is dit erg giftig. Problemen die kunnen optreden zijn braken, diarree, sufheid, verlamming en hartritmestoornissen. (zie foto rechts, bron: plantplezier)

Hulst

Deze plant geeft alleen ernstige verschijnselen als een dier hier grote hoeveelheden van eet. Met name de besjes bevatten de grootste hoeveelheid giftige stof. De symptomen na het eten van hulst kunnen bestaan uit braken, diarree, speekselen, niet willen eten en schudden met de kop vanwege irritatie aan de mondslijmvliezen. Indien er slechts een kleine hoeveelheid gegeten is, zijn de verschijnselen meestal de dag erna weer weg. Uiteraard kunt u altijd contact opnemen met uw dierenarts.

Kerstster


(bron: Kwekerij A. Baas)

Vroeger dachten we dat deze plant vreselijk giftig was, ondertussen weten we dat het wel meevalt mits het dier er niet teveel van binnen krijgt. Als verschijnselen zien we meestal braken,niet willen eten en wat sloomheid en meestal is dit ook met een dag weg. Uiteraard kunt ook hierbij altijd contact opnemen met uw dierenarts.

Overige gevaren

Gourmet/grillen
Uiteraard geldt het gevaar op verbranding van huisdieren (katten die op tafel kunnen komen). Maar een ander opmerkelijk gevaar geldt voor in huis gehouden vogels. De stoffen die vrijkomen bij het verwarmen van een anti-aanbaklaag zijn voor vogels vreselijk giftig bij het inademen hiervan. Vogels dienen dus altijd in een andere ruimte gehouden te worden gedurende het gourmetten/grillen. Mocht de vogel toch de dampen hebben ingeademd is het zaak hem zo snel mogelijk in een zuurstofrijke omgeving te plaatsen (vaak een zuurstofkooi bij uw dierenarts), omdat ze in zeer korte tijd benauwd kunnen worden en kunnen sterven.

Giftig eten
Druiven, rozijnen, avocado, ui, knoflook, prei, bieslook en macadamianoten: al deze middelen kunnen met de feestdagen op tafel staan. Stuk voor stuk zijn ze giftig voor onze huisdieren (ook gekookt of gebakken, de giftige stoffen blijven behouden), dus houdt daar rekening mee als u dit tevoorschijn haalt. De symptomen variëren per voedingsmiddel, maar belangrijk is dat u meteen uw dierenarts belt wanneer u door heeft dat een dier hier wat van gegeten heeft.

Overgewicht
Ongemerkt krijgen huisdieren vaak wat meer te snoepen tijdens de feestdagen. Houdt er rekening mee dat elk plakje extra kaas of worst dat u geeft aan een kat of kleine hond net zo hard meetelt als een broodje hamburger bij McDonalds voor een mens.

Oud en Nieuw

Oud en Nieuw

Ook al is oud en nieuw anders dan anders, we verwachten nog steeds wat knallen. Veel dieren zijn bang voor deze knallen. U heeft als eigenaar diverse mogelijkheden om uw dier op zijn/haar gemak te stellen tijdens deze periode. Zorg daarnaast dat uw hond of kat gechipt is, of hang een adreskoker aan een halsband, voor het geval dat uw dier wegloopt.

Honden

Als uw hond niet bang is voor het vuurwerk en hij schrikt er een keer van is dit helemaal niet erg. Dit is een normale reactie en de hond zal normaal gesproken net zo snel weer herstellen als dat hij ergens anders van zou schrikken. Geef uw hond iets lekker en maak er juist een feestje van! zo leert uw hond dat de knallen helemaal niet erg zijn maar juist leuk.

Als uw hond wel bang is voor vuurwerk is het belangrijk om het dier te steunen. Dit kunt u ook vergelijken met mensen. Als u ergens bang voor bent is het ook fijn als iemand een arm om u heen legt. Voor een hond werkt dit hetzelfde. Als uw hond graag bij u wil zitten is dit geen enkel probleem. Sla een arm om hem heen en bied troost. Als hij zich beter voelt is hij ook gevoeliger voor afleiding. U kunt proberen met de hond te spelen of spelletjes te doen om zo aan te leren dat het geluid ook leuk kan zijn. Dit heeft ook als voordeel dat uw hond u meer gaat vertrouwen. Mocht er een knal komen (en de hond loopt onverhoopt toch los), dan is de kans groot dat uw hond naar u toe komt, omdat hij weet dat u hem steunt. De voorkeur heeft natuurlijk om uw hond alleen aangelijnd uit te laten vanaf de periode dat buiten de knallen beginnen.

Vaak wordt er nog gezegd dat je geen aandacht moet geven omdat je dan de angst van de hond beloont. Angst kan echter niet worden beloond! Maar doordat u de hond aandacht geeft of troost bied kan hij wel langzaam leren dat er met de knallen ook leuke dingen kunnen gebeuren en het niet alleen maar rot is.

Vermijd daarnaast plekken waar u veel knallen verwacht te horen, zoals hangplekken van jongeren en tunneltjes.

Bron: voeding voor honden

Katten

Zorg dat uw dier vanaf dat de knallen beginnen NIET naar buiten kan en dat hij zich altijd goed kan verstoppen. Sluit uw dier eventueel op in een kamer, houd zoveel mogelijk lichten aan en doe gordijnen en ramen dicht. Zet ook de radio aan, dan is het niet zo stil in huis en vallen de knallen minder op. Zorg wel dat de katten binnen voldoende kattenbakken hebben.

Bron: feliway

Hulpmiddelen tegen vuurwerkangst

Verdampers

Feliway en DAP verdampers voor honden en katten. Deze kunt u in het stopcontact steken waarna ze feromonen verspreiden. Dit is een geurstof alleen waarneembaar voor dieren. Dit feromoon wordt ook door moederdieren verspreid om jongen op hun gemak te stellen. De verdampers werken ongeveer een maand en kunnen dus na de eerste week van december al worden opgehangen.

Voor honden zijn er ook DAP halsbanden, deze zijn ideaal omdat ze ook buiten werkzaam zijn.

Vuurwerk CD

Dit is een vorm van gedragstherapie gebaseerd op het laten wennen van steeds harder wordende knallen (door u zelf in te stellen). Wij raden aan hier in november al mee te beginnen. Het is daarnaast het beste om dit het hele jaar door regelmatig te herhalen.

Pexion

Pexion is een middel dat ingezet wordt bij vuurwerkangst (en overige angstgeluiden) voor honden. Het middel mag vanaf een dag of twee a drie voor de jaarwisseling gegeven worden. Het is een tablet die twee keer per dag gegeven wordt. De tablet zorgt ervoor dat de angst wordt geremd en uw hond zich daardoor vaak zichtbaar beter voelt

Sileo gel

Sileo is een gel ter vermindering van acute stress en angst bij honden die samenhangt met geluid. Het is een kort werkend middel en mag eventueel iedere twee uur herhaald worden, maximaal vijf keer achter elkaar. Het is belangrijk dat de hond de gel niet doorslikt maar dar het opgenomen wordt door de slijmvliezen in de mond. De gel kan dus het beste op het tandvlees tussen de kaak en de wang worden aangebracht. Draag handschoenen bij het toedienen.

Clomicalm

Clomicalm is een middel dat angstverlagend werkt voor kat en hond. Het middel neemt de angst niet weg maar vermindert deze wel. Het kan op zichzelf staand gebruikt worden, maar werkt het beste in combinatie met training tegen angst.

Clomicalm heeft tijd nodig voor het optimale effect bereikt is; meestal zo'n vier tot zes weken. We adviseren met dit medicijn daarom al halverwege november te starten.

Welk middel vooral niet te gebruiken

Acepromazine

Acepromazine is vrij verkrijgbaar en hoeft dus niet op recept van een dierenarts te worden verkocht. Het middel is onder verschillende merknamen, onder andere via internet, verkrijgbaar. Dit middel is erg gevaarlijk omdat het uw dier uiterlijk suf maakt, maar er ook voor zorgt dat geluiden juist versterkt binnen komen. Het dier ziet er dus rustig uit maar is eigenlijk doodsbang en kan geen kant op, omdat het 'verdoofd' is. We zien bij gebruik vaak dat het dier alleen maar angstiger wordt in nieuwe situaties met veel geluid.

Behandeling op maat

Voor ieder dier het juiste advies

Graag maken wij, samen met u, een advies op maat voor uw dier. Verschillende facetten worden bekeken en besproken en zo maken we het beste plan voor uw dier. Is uw dier weken voor oud en nieuw al van slag? Dan adviseren wij al in november contact met ons op te nemen. Is het alleen rond de jaarwisseling? Dan is een week of twee van tevoren voldoende. Mocht u het beste plan voor uw dier willen bespreken dan kunt u uiteraard contact met ons opnemen, onze assistentes helpen u graag verder.

Wonden

Beoordelen van de wond

Voorzorgsmaatregelen

Om goed een wond te kunnen beoordelen is het belangrijk dat je bedacht bent op primaire reacties van het dier bij pijn. Laat het dier goed vasthouden om happen of krabben te voorkomen. Bij twijfel, doe een hond een muilkorf om, of een bandje om de snuit. Ook kan je het dier in een handdoek wikkelen (kat/konijn)

Waar zit het

Als er bloed te zien is, kan er een wondje ter plaatse zitten. Het kan echter ook zo zijn dat het bloed bijvoorbeeld van de staart, oor of tong komt en door rondspatten op andere plekken terecht komt.

Schoonmaken

Reinig de wond door voorzichtig te deppen met een schoon gaasje met wat water zodat bloed, vuil en haar verwijderd wordt en de wond beoordeeld kan worden.

De beoordeling

Waar precies zit de wond, hoe groot is de wond  (zowel wat betreft doorsnee als diepte), is de huid geperforeerd, hoeveel wonden zijn er (bij bijtwonden zijn er vaak twee of meer wondgaatjes te vinden), zitten er nog vreemde voorwerpen in de wond (bijvoorbeeld glas of hout), bloedt de wond nog steeds, of blijft het na schoonmaken droog.

Eerste hulp

Bloedende wonden

Blijft een wond bloeden, bindt er een schoon verband omheen of geef de wond tegendruk met een verbandgaas , schone lap of theedoek en ga naar de dierenarts.

Grote wonden

Is het al duidelijk dat de wond heel groot is, dek de wond af met schone (of liefst steriele) gazen of lappen en ga naar de dierenarts.

Bijtwonden

Laat bijtwonden altijd beoordelen door de dierenarts. Hoewel het een klein gaatje kan zijn aan de buitenkant, lopen bijtwonden onder de huid vaak verder door dan je denkt!

Wond i.c.m. poot niet belasten

Wees altijd bedacht op mogelijke botbreuken als een dier een wond heeft op een poot waar hij ook niet op wil staan. Röntgenonderzoek bij de dierenarts is aan te raden!

Brandwonden

Een brandwond dient zo mogelijk eerst tien minuten gekoeld te worden met schoon, stromend water, of anders koelen met natte lappen.  Zorg dat de hond niet onderkoeld raakt.  Laat de hond daarna door een dierenarts beoordelen.

Ontsmetten

Heb je van de dierenarts het advies gekregen om de wond te ontsmetten, doe dat dan met een zoutoplossing (één eetlepel keukenzout op één liter water uit de waterkoker, afgekoeld), of deppen met Betadine of Dettol. Gebruik bij vuile wonden aan een poot een soda- of biotexbadje. Wat goed werkt bij beweeglijke dieren is  sodawater in een plastic handschoen doen, en de poot in de handschoen stoppen en even een paar minuten vasthouden. Gebruik voor het ontsmetten van wondjes in de buurt van de bek of ogen enkel schoon water.

Zalven?

Het wordt niet aangeraden om verse wonden te zalven. Enkel bij slecht genezende wonden of overmatige korstvorming kunnen bepaalde zalven voorgeschreven worden. Raadpleeg liever eerst een dierenarts.

Hechten?

Of een wond wel of niet gehecht moet worden hangt af van de grootte van de wond, de diepte en de plek waar het zit. Verse wonden van twee cm of groter worden doorgaans gehecht. Het hechten van kleinere wonden op bewegelijke of kwetsbare plekken wordt soms aangeraden. Het hechten van oudere wonden, waarbij al een gedeeltelijke genezing heeft plaats gevonden, behoeft doorgaans eerst opschoning (d.w.z. dat er  nieuwe wondranden worden gecreëerd) alvorens het gehecht kan worden. Hechten zo snel mogelijk, en liefst binnen twaalf uur,  geniet de voorkeur!

Bijkomende problemen

Likken aan wonden

Dieren gaan doorgaans direct likken aan wonden (en vertellen daarmee direct waar het zit!) Als dat enkele minuten gebeurt, dan is dat geen probleem. Maar als een dier de wond veelvuldig “schoon” likt, is de kans groot dat deze geïnfecteerd raakt met de bacteriën uit de bek. Zorg ook dat dieren niet bij elkaar dit gedrag gaan vertonen. (zie verder bij wondbescherming)

Wondinfectie

Kenmerken van een geïnfecteerde wond zijn roodheid, zwelling en pijn, eventueel met pus gepaard.  Oorzaken kunnen zijn: vuil, voorwerpen in de wond als glas of hout, overmatig likken. Laat de wond door een dierenarts beoordelen en behandelen!

Ziek/sloom zijn

Geïnfecteerde wonden of abcessen kunnen koorts veroorzaken, waardoor het dier ziek gedrag vertoont, zoals slecht eten en sloom zijn. Regelmatig zien we zieke dieren, waarbij een (beet)wond en daardoor veroorzaakt abces nog niet zijn opgemerkt. Laat een sloom dier wat (mogelijk) heeft gevochten daarom door een dierenarts onderzoeken!

Kwijlen/slikproblemen

Bij wonden in het keelgebied (bijv. beetwonden in de hals, maar ook wonden van stokken of graten in de keel) kan het dier door zwelling slikproblemen krijgen en daardoor gaan kwijlen. Laat het dier zo snel mogelijk, liefst binnen drie uur, door een dierenarts onderzoeken.

Een of meerdere poten niet kunnen belasten

Onder wonden kunnen botbreuken zitten! Laat een dier met een wond die een of meerdere poten niet belast beoordelen door een dierenarts. Ook wonden in combinatie met niet willen kauwen (kaakbreuken) of wonden in combinatie met vreemd ademen (ribbreuken) dienen met spoed door een dierenarts beoordeeld te worden.

Zwelling

Wonden kunnen zwelling veroorzaken, die als eerste wordt opgemerkt. Denk aan een gezwollen ooglid of een dikke poot. Soms kan er een splinter of angel gevonden worden als oorzaak. Na het verwijderen ervan moet de zwelling snel (binnen 24 uur afnemen). Indien zwelling steeds erger wordt of niet afneemt, is verder onderzoek door een dierenarts noodzakelijk.

Klapperen met de oren

Honden met wondjes aan het oor (bijv. door prikkeldraad), gaan vaak klapperen met de oren (waardoor het bloed dan overal rondspat). Probeer het wondje af te dekken met een gaasje en trek een stuk van een panty over de kop heen. Dat voorkomt dat de hond de wond open blijft klapperen, en dat het bloed overal komt te zitten. Kleinere wondjes op de oren worden vaak geplakt en het dier krijgt een kopverband, opdat ze niet elke keer opnieuw gaan bloeden.

Wondbescherming

Verband/kap/pet shirt

Om overmatig likken te voorkomen kun je een wond afdekken met een verband of een pet shirt. Belangrijk is dat zowel een verband als een pet shirt goed moet zitten, niet knelt, de wond goed moet bedekken, en verschoond kan worden. Controleer de wond onder een pet shirt of verband minstens een maal per dag, en zo mogelijk vaker. Dieren die aan verband of pet shirt gaan kluiven moeten een kap om de kop.  Een wond moet snel genezen als het dier er echt niet aan kan zitten. Als de genezing niet vordert binnen drie dagen ondanks dat het dier er niet aan kan zitten, dan is er doorgaans meer aan de hand (infectie, er zit nog iets in de wond, parasieten). Ga naar de dierenarts en wacht niet langer af.

Schoentjes

Wonden aan poten of voetzolen worden vaak beschermd met een  schoentje of ‘walker’ . Dit zijn sokjes met een rubber zool, die bedoelt zijn voor bescherming van een wond  tijdens het buiten lopen.  Zorg dat het schoentje thuis af is en dat de wond kan ‘luchten’, bijvoorbeeld onder een luchtig verband of katoenen sok. Indien de hond aan de poot wil likken is een kap een betere oplossing dan het schoentje aanlaten, aangezien broeien en smetten in het schoentje vaak het probleem verergert.

Terug naar gezelschapsdieren